Door: Joanne. Verstopt in het midden van Zwitserland, ligt een hoogvlakte waar geen Nederlander komt. Toch is het niet ver van de Gotthardpas of de oorsprong van de Rijn. Een juweeltje waar je spontaan de ‘Sound of Music’ gaat zingen. Deze vlakte heet de Plain la Greina. Hier liggen bergen met namen als Pizzo Coroi, Piz Greina en Piz Gaglianera. Dit is niet een vlakte om af te zien. Dit is een vlakte om te ontdekken, te genieten en van te gaan houden. Een vlakte die ‘s avonds verandert in een magisch spektakel. De volle maan beschijnt de omliggende bergen. Fluorescerend en betoverend.
Van mogelijk stuwmeer naar beschermd nationaal gebied
Het had maar weinig gescheeld of deze hoogvlakte was niet meer de vlakte geweest zoals hij nu is, maar een groot stuwmeer. In de vorige eeuw zijn er in Zwitserland een flink aantal stuwmeren aangelegd voor groene energie. Maar daarmee werd het oorspronkelijk landschap natuurlijk volledig veranderd. Deze hoogvlakte is bijzonder vanwege de rivier zo hoog in de bergen. Om deze te redden, is een stichting opgericht: de Zwitserse Greina Stichting. Gelukkig is die is succesvol geweest. Het is nu een nationaal beschermd gebied. Voor Nederlanders is dit gebied dan wel onbekend, maar de Zwitsers hebben dit stukje natuur in hun hart gesloten.
Een relaxte huttentocht
De hoogvlakte bereik je te voet, vanuit een van de aangrenzende dalen. In die dalen zijn de busdiensten op zijn Zwitsers geregeld. Je kan daardoor dichtbij komen. Er gaat een bus naar Pian Geirett (1976 meter), naar Laco di Luxxone (rond de 1600 meter), Puzzatsch (1630 meter) en Runcahez (1280 meter). De hutten zelf liggen rond de 2200 meter. Als je wilt, hoef je dus maar 200 meter te stijgen naar de Greina. Eenmaal op de Greina, hoeven geen grote hoogteverschillen overwonnen te worden. De dagafstanden tussen de hutten zijn kort. Een ideaal gebied dus voor een relaxte huttentocht, ook met kinderen. Wij gaan op pad om deze hoogvlakte te ontdekken.
Neem voldoende contant geld mee!
Omdat de hutten ons niet bekend zijn, nemen we het zekere voor het onzekere en zorgen dat we voldoende cash op zak hebben. We rekenen uit hoeveel we willen pinnen en schrikken als we onze maximale dagopname hebben gepind. Tjsa, dit moet dan maar genoeg zijn. Zwitserland is een fantastisch bergland, maar goedkoop is het niet. En dit jaar is dat erger dan anders. De euro staat laag en de Zwitserse Frank voor ons ongunstig. Voordeel hiervan is dat je onderweg weinig andere Nederlanders zult tegenkomen. Het is vooral de lokale bevolking die je ontmoet.
De lekkerste taarten bij aankomst in de hut
Vanaf het zuiden komen wij over de Passo Soreda en langs het Lago di Luzzone (een stuwmeer) naar de Greina. Door een smalle kloof gaat het pad omhoog. We passeren een beekje. De brug die hierover ligt, lijkt onder architectuur gebouwd. Dit is niet een standaard stenen bruggetje. Over steile Alpenweiden klimmen we de 500 meter naar Capana Motterascio. De hut doemt boven ons op als een hippe blokkendoos. De hut is een samensmelting van oud en nieuw, van buiten vrij kolossaal, van binnen gewoon knus. We krijgen een bed in een klein kamertje in de moderne toren en lopen op onze huttensloffen naar de gezellige stube met enorme ramen. De heerlijkste taarten staan op ons te wachten. Dit is het Italiaanse deel van Zwitserland, met heerlijk eten en goede koffie.
Nieuwe vrienden maken op het terras
Het grote terras zit vol met families uit Tessin. Buitenlanders zijn er nauwelijks, dit is echt een gebied waar de fijnproever uit Zwitserland zelf naar toe gaat. Op het terras zitten ook Roby en Daniela. Zij komen uit Lugano en genieten van hun vakantie in de bergen. Ze mopperen over hun Lugano, waar iedereen is geobsedeerd door geld. Dit is toch het echte leven! Hier hoog in de bergen! Zij leren ons, onder het genot van een hapje en een drankje, een nieuw spelletje kaarten. Vroeg in de middag starten we ons eerste spel en we gaan door tot de huttenwaard het licht uitdoet.
Een ontmoeting met Charly Wanderweg op de Greina
De dag erna wandelen we over de Greina. We slenteren, we luieren, we kijken om ons heen. De Greina is niet voor kilometervreters, dus er is tijd zat om te spelen en te keuvelen. Onderweg tekenen we het topboek van de Greina. Daar treffen we Charly Wanderweg, tenminste dat verstaan wij. Een vrolijke grijsaard, die werkt voor Cartografie Tessin. Het is zijn baan om hier rond te lopen en te checken of het pad niet per ongeluk 5 meter verder naar links of rechts loopt dan op de kaart staat. Wat een topbaan! Hij ziet er megafit uit en na ons gesprek zien we hem vrolijk verder stappen.
Veel marmotten onderweg
Het is niet ver naar de Capana Scaletta voor een uitgebreide lunch. Daar vandaan gaan we via een andere route naar de Capana da Terri. Om ons heen huppelen marmotten. Vlak naast ons staat een marmot boven op een heuveltje te piepen. Heel hard. I am the king of the world! Zodra hij weggaat, duikt een ander op en sluipt omhoog om zijn plek in te nemen. Het is een feest van marmotten. De vlakte is ruig, woest, idyllisch, leeg en uitgestrekt. Het staat vol pluisbloempjes. Een bloem die wij kennen van het drassige Noorwegen. En onze favoriete bloem.
Het is gemakkelijk om Zwitserland te negeren voor een vakantie. Het is onmiskenbaar duurder dan de buren. Maar de natuur is onbetaalbaar…
Heb jij deze prachtige huttentocht wel eens gewandeld?