9 tips om je kampeerplek nog gezelliger te maken

Bij de zithoek hoort natuurlijk ook een tafeltje. De meeste kampeertafels zien er heel kaal uit. Praktisch, maar niet echt glamoureus. Op de tafel hoort natuurlijk een rood-wit geblokt tafelkleedje. Hiervoor hoef je niet een echt tafelkleed aan te schaffen. Gebruik gewoon een theedoek, dan is het meteen multifunctioneel.

Iedereen heeft wel campingstoeltjes bij zich. Maar ook zonder stoeltjes is deze tip prima uit te voeren. Zorg voor een bontje, een schapenvacht of een rendierhuid, dat komt niet zo nauw. Hang deze over de stoeltjes of leg ze op de grond. Ook nog extra lekker als het koud wordt ’s avonds in de bergen. Eigenlijk heb je nooit zonder gekund.

Het is aan te raden om je hele plek gezellig te maken met kleurtjes. Dit kan bijvoorbeeld door Tibetaanse gebedsvlaggetjes aan de tent of tussen de bomen te hangen. Tip: doe dit niet tijdens een vakantie in China.

Bloemen horen bij de Alpen. Elk chalet is behangen met geraniums. Op de campingtafel hoort een boeket. Je kunt daarvoor prima een jampot gebruiken waar je de veldbloemen inzet die je tijdens een wandeling plukt. Je kunt ze in het water zetten, maar ook laten drogen.

Naast de tent leg je het liefst een houtblok neer. Een grote schijf als bijzettafeltje. Een vlakke steen kun je gebruiken om een waxinelichtje op te zetten. Dat waxinelichtje kan ook goed een citronella kaarsje zijn. Handig tegen de muggen. Wat het ook goed doet, is een stapeltje kleinere houtblokken naast je tent. Die je vervolgens kan gebruiken voor een kampvuur (als dat mag natuurlijk).

Voor meer kleur bij de tent neem je een wollen deken mee. Zo’n echte oude kriebelende, die doet denken aan de dekens die ze in berghutten hebben. Misschien hebben je ouders er nog wel één op zolder liggen. Een deken is heerlijk op de grond in de tent of om je heen. Ook weer goed te gebruiken als het ’s avonds afkoelt als je kampeert boven op de berg.

Als je dan heerlijk bent weggekropen onder die deken, dan heb je ook een sfeerlichtje nodig. Dus geen grote elektrische lamp, maar lampionnen of olielantaarns. Liefst met een kaarsje, zodat het flikkert. In ieder geval zacht licht, waar je niet (of net aan) bij kan lezen, maar waar je wel een goed gesprek bij kan voeren.

Je hoopt natuurlijk op aardig weer, met koude avonden. Zodat je heerlijk bij een kampvuur of op de barbecue marshmallows kunt roosteren. Voor de zekerheid kan je een vuurschaal meenemen, zodat je weet dat je vuur mag stoken. Daarboven zet je een driepoot met een pan. Koken op het vuur, wat wil je nog meer?

Tenslotte om het helemaal af te maken, zorg je voor een expeditiekist. Een mooie oude houten of een van metaal, dat maakt niet veel uit. Daarin kun je alle keukenspullen opbergen. Dat is toch heel wat beter dan alles in een Albert Heijn tas of Jumbo-krat?

Er is niet veel voor nodig om je kampeerplekje op te pimpen tot een heus glamping paradijs. Heb jij nog tips voor mij? Laat ze me weten.