In de Alpen liggen tal van 'drieduizenders', die je kunt bewandelen zonder te hoeven klimmen. Wie heeft er niet, stiekem, een lijstje van mooie wandelingen of bestemmingen? Op die bucketlist staat misschien ook wel een ‘echte top’. Dit is niet alleen voor bergbeklimmers weggelegd. Ook wandelaars kunnen een bergtop boven de 3000 meter bereiken. En dan niet één waar een lift helemaal naar de top gaat. Nee, eentje waar je zelf omhoog moet lopen, een wandelberg. Onderschat ze niet, door de hoogte zijn dit serieuze ondernemingen én af en toe moet er ook wel iets geklauterd worden. Maar wil je ooit zelf een drieduizender op, dan vind je in dit lijstje vast wel een mooie, voor op jouw bucketlist.
1. Bella Tola (Wallis, 3025m)
De Bella Tola ligt in Wallis, op de spraakgrens tussen Val d’Anniviers en het wilde Turtmanndal. Deze tocht ligt net ten zuiden van het Rhônedal, niet ver van Sierre en is het best in twee dagen te wandelen. Je kunt overnachten in de Cabana Bella Tola (2346m), daarna is het nog zo’n 2,5 uur naar de top. Eenmaal bovenop deze berg heb je fabuleus uitzicht op alle vierduizenders rond Zermatt én de hoge toppen van het Berner Oberland. Je kunt deze berg combineren met een beklimming van de Rothorn (2998m), weliswaar net geen drieduizender, maar de route ernaartoe is spectaculair.
2. Sparrhorn (Berner Oberland, 3012m)
De Sparrhorn is waarschijnlijk de gemakkelijkste drieduizender om op te wandelen. Een gemarkeerd wandelpad loopt door tot het topkruis, waar het uitzicht op de Aletschgletscher doet verlangen naar meer toppen. Je kunt met de stoeltjeslift tot op 300 meter onder de top komen, maar ook als je geheel wandelt is het minder dan 1000 hoogtemeters vanaf Belalp. Deze berg ligt aan de noordzijde van het Rhônedal tussen de Walliser ijsreuzen en de Berner Alpen.
3. Scheiblehenkogel (Ötztal, 3060m)
Deze top in het Ötztal is met een korte tocht, slechts 2 uur, te bereiken vanuit de Sieglanderhütte (2710m). De klim gaat over de zuid-west graat, dit is een wat bredere en daardoor ongevaarlijke kam. Vanaf de top heb je prachtig uitzicht over de Ötztaler bergen, zoals de Zuckerhütl. De hut zelf is in 5 uur wandelen vanuit Sölden of 4 uur vanuit Moos (Passeiertal)
4. Piz Boè (Alta Badia, 3152m)
Dit is de hoogste top van de Sella-groep en één van de bekendste Dolomietentoppen. De top wordt vaak bezocht. Vanuit Corvara kun je met de kabelbaan en aansluitende stoeltjeslift tot boven de 2520 m komen. Hiervandaan gaat het over wandelpaden richting de Eisseespitze (3009m), de Hahnenkamm en de Jägerscharte naar de top. De steile passages zijn deels afgezekerd. Op de top, die je in 2,5 uur bereikt, vind je de Fassa hut.
5. Rötlspitze (Stilfser Joch, 3026m)
Deze top in Zuid-Tirol bereik je vanaf de Stelviopas (2758m) en is daarmee met recht een makkelijke drieduizender. Via een goed gemarkeerd pad ben je met 300 hoogtemeters op de top. Onderweg vermaak je je met informatieborden over geologie, historie en flora. Binnen 1,5 uur sta je op de top.
6. Tschenglser Hochwand (Vinschgau, 3375m)
Dit is een van de makkelijkere toppen binnen de Ortlergroep. Vanuit Sulden gaat een stoeltjeslift naar 2348m, binnen 1,5 uur bereik je de Düsseldorfer Hütte (2721m). De wegmarkering is duidelijk en op 3000m maak je een keuze. Je kunt links via de puinhelling/rinne lopen of via de zuid-westgraat, die geschikt is voor ervaren bergwandelaars. Binnen 2,5 uur sta je op de top (totaal dus 4 uur). Ga je vroeg in de zomer houd dan rekening met sneeuw in het couloir.
7. Munt Pers (Bernina, 3027m)
In slechts 1 uur wandel je vanaf de kabelbaan van Diavolezza naar Munt Pers. Dit is een puinberg in de schaduw van de Piz Bernina, Piz Palü en Piz Morteratsch. Het is ook mogelijk direct uit het dal over de Lej da Diavolezza de berg te beklimmen. Reken dan op zo’n 2 uur extra wandeltijd. De uitzichten over de Berninagletsjerwereld zijn groots.
8. Sulzkogel (Stubaier Alpen, 3016m)
Deze top is te bereiken zonder al te grote moeilijkheden. Maar een lang deel van de wandeling gaat over puinhellingen. Aan het eind is de route steil, daarom is een goede conditie nodig. In Kühtai is de Dortmunder Hütte. Hier kan je uitrusten of overnachten. De hut is bereikbaar met de auto. De totale klim vanaf Kühtai kost zo’n 3 uur.
9. Hintere Schöntaufspitze (Ortler, 3325m)
Vanaf deze uitzichtsberg zit je eerste rij voor de Ortler, Zebru en Königspitze. Door eerst een stuk met de kabelbaan te gaan hoef je nog slechts 700 hm af te leggen voor je de top aanraakt. Vanuit Sulden is het meer dan 1400 hm. Er zijn weinig moeilijke passages onderweg, maar op het laatste steile stuk vanaf het Madritschjoch voel je de hoogte wel. Vanaf de kabelbaan ben je zo’n één uur en drie kwartier onderweg.
10. Le Pain de Sucre (Queyras, 3208m)
Vanaf de Col Agnel is deze berg te beklimmen. Minder dan 500 hoogtemeters zijn er te overwinnen naar de top. Hoogtevrees is hier uit den boze en je moet zeker op je benen staan. Het wandelpad gaat over in puinhellingen op losliggende platen. Je kunt er een overschrijding van maken door af te dalen via de Col Vieux en het Lac Foréant. De klim vanaf Col Agnel duurt ongeveer 1,5 uur.
11. Schönbichler Horn (Zillertal, 3134m)
De Schönbichler Horn is de hoogste top van de Berliner Höhenweg. Achter Mayrhofen, in Ginzling, ligt het Gasthof Breitlahner. In drie uur kun je naar de Berliner Hütte (2044m) wandelen. Vanaf de hut gaat de goed gemarkeerde Berliner Höhenweg naar de top van Schönbichler Horn. De klim over de graat is deels gezekerd. Loop je door naar het Furtschaglhaus, dan volg je de gehele etappe van de Berliner Höhenweg. Reken in totaal op zo’n 6 uur.
12. Barrhorn (Wallis, 3610m)
De Barrhorn is de hoogste nog te bewandelen top en valt het best in twee dagen te beklimmen. De eerste dag naar de Turtmannhütte (2519m) en vanaf daar door naar de top. Reken op zo’n 4 uur alleen al naar de top toe vanuit de hut. Onderweg loop je over puin- en rotshellingen naar Gässi, de sleutelpassage, een rotsrichel, die met kabels is gezekerd. Verder gaat het over morenen en steile haarspelden naar de Inners Barrhorn en via een steil klimmetje naar Üssers Barrhorn. Hiervandaan is er spectaculair uitzicht over de Mischabel, Monte Rosa en Weisshorn. Dit zijn de grote toppen uit Wallis die naast de Matterhorn liggen.