Er zijn tal van zaken die een wandeling kunnen verpesten. Alleen al te weinig water drinken kan leiden tot vervelende situaties. Om van je wandeling een succes met maken, moet je met de nodige zaken rekening houden. Er zijn genoeg voorbeelden van wandelaars die zich zo ellendig voelden dat ze geen enkel plezier uit de tocht haalden. In plaats van gelukzaligheid en een gevoel van voldoening, is er pijn en ellende. In dit artikel 7 dingen die een (meerdaagse) wandeling in de bergen kunnen verpesten.
1. Blaren
Niets zal je wandeling in de bergen sneller verpesten dan blaren, waarbij iedere stap pijnlijk is. Gelukkig kun je het nodige doen om blaren zo veel mogelijk te voorkomen. Loop je wandelschoenen goed in en ga niet langdurig op pad met nieuwe exemplaren. Houd tijdens het wandelen je voeten droog en neem hiervoor eventueel een extra paar (goede!) wandelsokken mee. Mocht er onverhoopt toch een blaar ontstaan, plak er dan zo snel mogelijk een blarenpleister op.
2. Spierpijn
Als je wakker wordt en het voelt alsof er lood in je benen zit, zal het moeilijk zijn om jezelf te motiveren voor een volgende wandeling. Voorkomen is beter dan genezen, dus probeer spierpijn een stap voor te blijven. Zorg dat je voldoende getraind hebt en dat je lichaam klaar is voor de uitdaging die het staat te wachten. Na afloop van een wandeling is het belangrijk om goed te eten en je kunt het lichaam nog een handje helpen door magnesium te slikken. Ook voldoende slaap en een warme en/of koude douche heeft invloed op het herstel.
3. Ongeschikte route
Denk voor vertrek goed na over welke route je wilt doen en waar je die dag toe in staat bent. Voel je je net wat minder fit, kies dan voor een minder veeleisende wandeling. Wees bij het kiezen van een tocht eerlijk tegen jezelf over je conditieniveau en capaciteiten. Je wilt dat het een onvergetelijke ervaring wordt, niet een oneindige, pijnlijke lijdensweg.
4. Verkeerde kleding
Verkeerde kleding dragen kan je wandeling behoorlijk verpesten. Zo kan het gaan schuren, kan het je onvoldoende bewegingsruimte bieden of niet comfortabel aanvoelen. Ook moet kleding je lichaam koel of juist warm houden. Gaat het regenen, dan wil je de beschikking hebben over een regenjas en sneldrogende kleding. Zorg ook dat waardevolle spullen zoals je smartphone en paspoort droog blijven.
5. Honger krijgen
Voorafgaande aan een wandeling is het belangrijk om een goede bodem te leggen. Eet voldoende koolhydraten en neem na het ontbijt nog even de tijd om de maaltijd te laten zakken. Zorg voor koolhydraatrijke snacks (bv. energierepen, bananen) voor onderweg, zodat je onderweg regelmatig nieuwe energie kunt opdoen. Indien je zonder eten komt te zitten, worden het zware laatste kilometers.
6. Omgang met wandelgenoten
Of je nu met een vriend, familielid of partner wandelt, er kunnen altijd spanningen ontstaan. Het is gemakkelijk om gefrustreerd te raken als je niet dezelfde snelheid hebt of als er verschillende opvattingen zijn over het aantal en de duur van pauzes. Stem dit soort zaken goed af om onderweg geen discussies te hoeven voeren. Wandel niet boven je tempo en geniet samen met je wandelgenoten van de mooie momenten die je onderweg beleeft.
7. Slaaptekort
Tijdens een meerdaagse huttentocht zou het zomaar voor kunnen komen dat je komt te liggen op een slaapzaal met meerdere stapelbedden. Hoewel berghutten doorgaans rustig zijn, is er vrijwel altijd iemand bij die snurkt. Speel hier alvast op in door oordoppen mee te nemen. Zo krijg je voldoende rust en sta je uitgeslapen aan de start van je volgende wandeling.