Zodra je in een Duitstalige berghut een slaapplaats bespreekt is de eerste vraag steevast: Zimmer oder Lager? In een Zimmer lig je vaak met iets minder mensen in een ruimte en slaap je in een echt bed. Bij een Lager kun je van alles aantreffen. Van slaapzalen met stapelbedden tot een zolder met een rij matrassen naast elkaar op de grond.
Toewijzing door de Hüttenwirt
De toewijzing gebeurt door de Hüttenwirt (beheerder / eigenaar), middels een ondoorgrondelijk systeem. Meestal probeert hij de groepjes gasten een beetje te verdelen over de slaapruimtes, zodat iedereen toch een beetje zijn nachtrust krijgt. Anders verloopt dat in de MartinBuschhütte in de Ötztaler Alpen. Deze hut is altijd vol en als je reserveert krijg je een nummer voor je slaapplek. Dat begint bij 1 en loopt door tot 72. Met zijn allen onder de nok van het dak.
Dan maar in de 'notlager'
Na een nachtje MartinBuschhütte besloten wij een extra overnachting te blijven. Dat was geen enkel probleem. Echter, toen we aan het eind van de middag terugkwamen van het boodschappen doen in Vent, bleken onze plaatsen inmiddels vergeven te zijn. We hadden geen nummertje gekregen. De hut was inmiddels vol, dus er bleef maar een ding over: Notlager. In een kale betonnen ruimte in de kelder van de hut was elke vierkante centimeter bedekt met matrassen. Het was een beetje schikken, zodat iedereen erin paste en daar lagen we dan, tussen de borrelende ketels en de tikkende pijpen.
Niet altijd even comfortabel...
Soms gebeuren er dingen op een Lager, die je maar beter snel kunt vergeten. Zo is het heel vervelend als je midden in de nacht ziek wordt. Ook ben ik geen fan meer van katten in een berghut, na een smerige ervaring in de Konkordiahütte in de Berner Alpen. We wilden na een lange dagtocht nog even rusten voor het avondeten toen ik ineens een smerige lucht rook naast mijn hoofdkussen. Bleek er dus een kat gepoept te hebben. Flexibiliteit is dus zeker belangrijk, mocht je willen overnachten in een berghut!
De snurkers
Tot slot de grootste ergernis op het Lager: de snurker. Een paar maanden geleden nog in de Tukhut in de Ardennen lag iemand van onze groep zo hard en onregelmatig te snurken dat ik er niet van kon slapen. De dag erna hadden we een hele discussie of je diegene nou wel of niet wakker mag maken. Ik vind van wel. Mijn ervaring is dat de snurker zich omdraait en verder slaapt en met een beetje mazzel is hij (meestal hij) dan zo lang stil, dat ik in slaap val. Voor de zekerheid heb ik de nacht erna oordopjes ingedaan. Opeens werd ik aan mijn schouder wakker geschud: of ik nog kwam ontbijten, want iedereen zat al beneden.
Waarom ik dan nog wel in een berghut slaap?
Omdat het daar mooi is en je onvergetelijke dingen meemaakt en hoort. Zoals onderstaand verhaal dat een 78-jarige Oostenrijker ons tijdens het avondeten vertelde:
'In einem Hüttenlager kann ein Mann nicht schlafen, weil es zu heiß ist. Er steht auf, öffnet das Fenster und legt sich wieder hin. Ein anderer Gast meint, es zieht und macht das Fenster wieder zu. Der erste Mann ist stinksauer und öffnet das Fenster wieder. Aber auch danach schließt der fröstelnde Mann das Fenster wieder. Und so geht es die ganze Nacht weiter. Als die beiden Männer am nächsten Morgen aufstehen stellt sich heraus, dass gar keine Glasscheibe im Fenster ist!'
Dit artikel is geschreven door Ezra Noordermeer. Ze is een actieve buitensporter die o.a. houdt van hiken, trailrunnen en sportklimmen. Lees meer verhalen van Ezra op haar buitensporten blog >